In 1616 schilderde Frans Hals zijn eerste grote schuttersstuk. Hij was toen blijkbaar al zo gevestigd als portretschilder dat de officieren hem dit prestigieuze werk toevertrouwden. Frans Hals was zelf lid van de schutterij, want net als alle mannelijke inwoners van Haarlem van 18 jaar en ouder had hij schuttersplicht. Hij kende dus de officieren op dit schuttersstuk persoonlijk. Al meteen met dit eerste schuttersstuk liet Frans Hals overtuigend zien dat hij in staat was een grote groep weer te geven in een weloverwogen compositie, met een grote dynamiek en een opmerkelijke levensechtheid van de figuren. Hij zou daarna nog vijf andere schuttersstukken schilderen, vier voor de Haarlemse schutterijen en één voor een Amsterdamse compagnie. De officieren op dit schilderij zijn van de Sint Jorisschutterij. Zij waren in dienst van 1612 tot 1615, en zitten hier aan hun afscheidsmaaltijd, die hen door het stadsbestuur werd aangeboden. Aan het hoofd van de tafel zitten de hoogsten in rang: de kolonel en de fiscaal, de financiële man. Naast hen zitten de kapiteins en dan volgen de sergeanten. Officiersfuncties in de schutterij waren voorbehouden aan leden van welgestelde en de meest invloedrijke families. Het lijkt of de drie vaandrigs, de vlaggendragers, net binnen komen om hun vaandel te presenteren, zoals gebruikelijk was bij dergelijke afscheidsmaaltijden. Vaandrigs waren jonge ongetrouwde mannen. Zij traden niet af na drie jaar, maar konden hun functie behouden zolang zij ongetrouwd waren. Vaandrig Boudewijn van Offenberg, die in zijn mooie pak helmaal rechts staat, was een bekende van Hals. Zijn familie kwam net als de familie Hals uit Antwerpen. Hij was in 1627 nog vaandrig, en staat ook op het schuttersstuk van de Sint Jorisschutterij dat Hals in dat jaar maakte. De maaltijd die hier op tafel staat bestaat uit vlees, gevogelte, brood en olijven. Er staat ook een zilveren zoutvat met wat zout. Alleen de kolonel, de fiscaal en de oudste kapitein hebben een gevuld glas in hun hand. Al met al geeft het de indruk van een sobere maaltijd. Toch maken de officieren een vrolijke indruk. Hals heeft de mannen zo levensecht weergegeven dat het lijkt of ze lachen en praten. Dat niemand voluit en met open mond lacht, hoort bij de etiquette van die tijd. De kleuren van het schilderij zijn in de loop van de 400 jaar wat verschoten. Het geelbruine gordijn was oorspronkelijk groen. Dat is hier goed te zien aan de linker rand. Lange tijd is die verborgen geweest onder een lijst, en waar de verf bedekt werd door de lijst is de verf minder verkleurd. Helemaal aan de onderrand, is op het tafellaken bij verschillende restauraties een klein vierkantje van de oude vernis gespaard. Als het schilderij nooit was schoongemaakt was het dus in zijn geheel zo geel geweest. Dit kleine stukje laat zien hoe sterk een vuile vernislaag de kleuren kan beïnvloeden.
Welkom in het Frans Hals Museum. Eén museum op twee locaties. Met oude kunst uit de 16e en 17e eeuw, moderne en hedendaagse kunst en een prikkelende mix van oud en nieuw.