Wanneer van Gogh in april 1885 aan het schilderij begint, woont hij bij zijn ouders in Nuenen. Hij heeft dan al meer dan honderd portretstudies van plaatselijke landarbeiders gemaakt. Zo bereidt hij zich voor op zijn grote schilderij over het Brabantse boerenleven, dat hij als een soort meesterproef ziet. Hij wil bewijzen dat hij op weg is een goede figuurschilder te worden. ‘De aardappeleters’ is opgebouwd uit brede, grove verfstreken met minimale aandacht voor detaillering. Des te meer nadruk legt Van Gogh op de licht-donkereffecten. Over de gezichten zegt hij later dat hij ernaar heeft gestreefd dat ze ‘zowat de kleur hebben van een stoffige aardappel, ongeschild natuurlijk’.

Toets A voor meer informatie over het schilderij of toets B voor meer informatie over het gezin dat model stond.

AB

Back to start